maandag 14 november 2011

De beste wensen

Elf is een gekkengetal. Het elfde jaar van de 21ste eeuw werd voor mij onverwacht een heel wisselend jaar vol met verrassingen en ontmoetingen. Het eindigde met een gebroken arm, dus daarom heeft het even geduurd voordat het schrijven weer kan beginnen. Vanaf nu gaat het steeds beter en heb ik er weer enorm veel zin in om jullie mee te laten genieten van mijn  belevenissen in die mooie Hoeksche Waard. Ook zal ik proberen nog wat berichten van vorig jaar te brengen.

zaterdag 12 november 2011

Hoeksche Chips

Wie een bezoek brengt aan de Hoeksche Hoeve in 's Gravendeel om de productie te volgen van de Hoekse chips keert huiswaarts in de wetenschap dat je een Hoeksche chip met zorg en aandacht moet eten en dat je nooit zal weten welke soort aardappel wordt gebruikt om ze te maken.
's Gravendeel, een dorp sinds 1593 in de polder Nieuw Bonaventura en sinds enkele jaren behorend bij de gemeente Binnenmaas heeft 9000 inwoners die de bijnaam Seuters dragen. Seuters zijn kleine in de schil  gebakken aardappeltjes in reuzel, die daarna een paar uur moeten seuteren. Een dorp van aardappeltelers waar Gerrit Rozendaal, Henk Scheele en René de Zeeuw de Seutercombinatie oprichtten in 2002 met als doel zelf de productie en afzet van een smakelijk product te ontwikkelen.
Na een jaar experimenteren met aardappelschijfjes in de schil, gebakken in zonnebloemolie met toevoeging van zeezout was de Hoeksche chip geboren. In 2004 werd aan de lokale groenteboer gevraagd de zakjes te verkopen, wat hij na enige aarzeling deed en reeds na korte tijd belde om meer zakjes. Het antwoord was 'over een paar weken', want een productielijn was er nog niet, alleen de overtuiging dat zij een goed en eerlijk product hadden ontwikkeld. De aardappelen worden milieubewust  geteeld doordat er akkerranden met bloemenmengels en gras worden aangelegd waar insecten op afkomen die helpen bij de bestrijding van bladluis. De aardappelen worden na de oogst opgeslagen in een enorme bewaarloods, waar ze in het begin maar zes weken houdbaar waren.
Lang genoeg werd gedacht, maar er was niet stilgestaan bij de weg dat een zakje chips aflegt voordat deze bij de consument is. Onderzocht werd hoe de houdbaarheid kon worden verlengd met
behoud van smaak en de reeds transparante verpakking. Tegenwoordig heeft een zakje Hoeksche chips de houdbaarheid
van twaalf weken. Een verdubbeling!
De techniek in de bewaarloods wordt geregeld op zonne energie. De overgangsperiode van oude naar nieuwe teelt vindt plaats in juli/augustus. Als de aardappelen uit de loods komen worden ze gesorteerd op maat, vorm en schilkwaliteit. Daarna worden ze gewassen en gedroogd. Een afgewogen hoeveelheid wordt naar de snijmachine vervoerd om van daaruit in de zonnebloemolie te vallen. Een uitgekiend systeem zorgt er wel voor dat de chips niet aan elkaar plakken, maar de chipsbakker houdt de partij goed in de gaten, kan omroeren en beoordelen op kleur en vorm. De baktijd varieert per partij. Al deze persoonlijke aandacht is kenmerkend voor de ambachtelijke chips. Die aandacht kwam ook vanuit de gemeente omdat men vond dat er hier sprake was van industrie en dat hoort op een bedrijventerrein plaats te vinden. De aardappeltelers konden deze overtuiging weerspreken door een parallel te trekken met een kaasmakerij van veehouders. Dat vindt immers ook op het eigen bedrijf plaats. Met de belofte dat zolang het aardappelen betreffen van eigen teelt op eigen grond in de Hoeksche Waard om de Hoeksche chips te vervaardigen kan de productie op de Hoeksche hoeve blijven. 
Na het bakken van de chips worden ze met een grote zeef uit de olie gehaald en laten zij ze drogen, afkoelen en voordat ze worden verpakt volgt weer een inspectie. De chips worden gescand op zuiverheid en er wordt zeezout toegevoegd. Het samenstellen van de productielijn en het vaak in elkaar sleutelen van onderdelen werd door de boeren zelf ter hand genomen. De taken binnen het bedrijf zijn verdeeld. Tijdens het Versevant op de Priva Campus in De Lier heeft Henk Scheele de Versmarketeer 2010 ontvangen voor zijn 'Ambachtelijke chips'.

Anno 2011 wordt het productieproces gerund door vier vrouwen. Achter op de zakjes wordt in sommige gevallen de naam van de bakster genoemd. Elke maandagmorgen wordt gestart met de verkregen bestellingen en dezelfde week nog uitgevoerd. Zo is een vers product gegarandeerd. In vier dagen worden de smaakvarianten zeezout, zwarte peper, knoflook en paprika uitgevoerd. Deze laatste variant is een mengsel van kruiden op basis van natuurlijke ingrediënten. In korte tijd werd een flink deel van de Nederlandsche markt veroverd, waaronder Schiphol en bestaat er ook al interesse vanuit het buitenland. Niet verwonderlijk nu de Hoeksche Chips ook het BRC A certificaat heeft behaald bij een audit van het kwaliteitssysteem.





donderdag 10 november 2011

Oosterse Bekade Gorzen

In 1492 kreeg mr. Gerard Numan van Keizer Maximiliaan van Oostenrijk slikken, gorzen en rietbroeken ten zuidwesten van het Oudeland van Strijen cadeau. Hij mocht het gebied bedijken en kreeg er ook de ambachtsheerlijke rechten over. Wij kennen het gebied als de Ambachtsheerlijkheid van Cromstrijen, groot 1100 ha. wat zich na 1945 kon ontwikkelen tot een van de grootste en modernste landbouwbedrijven in Nederland. Er werden o.a. suikerbieten, aardappelen, rogge en graan verbouwd. Het gebied was niet toegankelijk voor publiek in die tijd, maar lag er als een hof van Eden met vele boomsoorten omringd, waar wel heel hard werd gewerkt.
Als onderdeel van Deltanatuur werd in 2009 en 2010,  60 ha landbouwgrond ingericht als natuur-en recreatiegebied Oosterse Bekade Gorzen. 
Tot voor kort waren dit nog omdijkte weilanden. Samen met de Hoogezandsche Gorzen en de natuurgebieden bij Strijen Sas vormen zij het waterlandschap de 'Oeverlanden Hollands Diep'.
We vinden het gebied ten ZO van Numansdorp en ten O van Numansgors De wisselende waterstanden die bereikt worden omdat de dijk op een plaats is doorgestoken zodat het water van het Hollandsch Diep er weer kan inlopen zorgen voor grote variatie in het gebied. Riet en grasland met kreken en stroompjes, slikken en gorzen zijn een paradijs voor zeldzame vogelsoorten op doortrek, om voedsel te zoeken of om te broeden. Ook moeras-en waterplanten gedijen door de afwisseling. Voor de vissen ontstaat een nieuw paaigebied. De tweede dijk landinwaarts is extra verstevigd omdat deze nu een belangrijke waterkering is geworden. De watersnood van 1953 ligt nog vers in het geheugen van veel Numansdorpers. Er zijn 56 mensen verdronken. De zgn. Rinkelpit is gebleven. Volgens een volksverhaal liggen er goudstukken die je als het hard waait hoort rinkelen. Helaas is er nooit een goudschat gevonden. Door de aanleg van recreatieve paden, een ligweide, een vlonder en strekdam lopen een stuk het gebied in, is het goed recreeren. In de directe omgeving van de Oosterse Bekade Gorzen zijn fietspaden aangelegd met daarlangs de knotwilgen die voorheen langs de dijk stonden. Via de Schuringsehavenkade is het bereikbaar, maar betreden is nog steeds voor eigen risico. Gidsen en vogelaars van het Hoeksche Waards Landschap houden hier excursies. Vrijwilligers wierpen een wal op voor oeverzwaluwen.

de 'Meer dan handen Award'

Jaarlijks wordt op de vrijwilligersdag in december aan de winnaar van de genomineerden een gemeentespeld uitgereikt in Oud-Beijerland. Doordat het dit jaar het Europees jaar van de vrijwilliger is was er op 5 november een extra avond georganiseerd door het Overleg Platform Vrijwilligerscentrale i.s.m. de Gemeente. In het Hoeksch Lyceum werden vrijwilligers letterlijk en figuurlijk in het zonnetje gezet. Omdat het grijsgehalte erg hoog is onder vrijwilligers moesten de enkele jongeren zich wel aanpassen aan  het geboden Cabaret en het chocolade presentje. Om in aanmerking te komen voor de meer dan handen award kon op 4 categorieen worden gestemd nl. Passie, Competitie, Verbinding en Innovatie, welke werden verworven door; Vrijwillige palliatieve terminale zorg, Zinkwegse boys g-voetbalteam, Avondsoos de baan, Korbatjo g-korfbalteam. Door burgemeester en wethouders werd plaatsgenomen achter het buffet, wat bestond uit een stampot/nasi-bami buffet, om op te scheppen voor de vrijwilligers. Er werd een heerlijk drankje geserveerd en besloten met koffie/thee en meer dan een bonbon. Door de gemeente werd een bon uitgereikt voor een speculaaspop van bakkerij Boender aan alle aanwezige vrijwilligers.

maandag 17 oktober 2011

Herfst op De Staart bij Klein Profijt

Aan nieuwe vrijwilligers van het Hoeksche Waards Landschap wordt een introductiecursus gegeven o.a. op De Staart nabij Klein Profijt een van de twee natuurbezoekerscenta van het HWL. Er zijn bijna 2000 leden waarvan 400 vrijwilligers aangesloten bij het HWL. Deze verrichten werkzaamheden in 40 werkgroepen, dus er valt wat te kiezen!! De Staart is een 26 ha groot gebied wat onder het beheer van HWL valt, de Schotse Hooglanders en de Konikpaarden die er op leven zijn de verantwoording van Stichting FREE. 





De eerste zaterdag van de herfstvakantie was een mooie zonnige dag en konden we zien hoe de aanblik van De Staart toch steeds weer veranderd. Bomen en struiken zijn gegroeid en er ligt nu een duidelijk wandelpad, wat we met een gerust hart het van Alebeek-van Veenpad kunnen noemen (ontwerper en bewerker), waar door velen grif gebruik van wordt gemaakt. Bespeuren wij daar rechts van het pad een rood kaboutermutsje?....Wij horen in de stilte parachutespringers en zien wel vijf buizerds vliegen.

Een buiten speelparadijs voor kinderen werd door vrijwilligers van HWL gerealiseerd op De Staart, want kinderen kunnen er hun hart ophalen door de uitkijktoren te beklimmen, op de stapstenen te springen langs het water van de Oude Maas, waar de scheepvaart een afwisselende aanblik geeft of de omgevallen bomen te beklimmen en op een avontuurlijke tocht door een stenen buis te kruipen.
Het gaat goed met de koeien gezien het aantal kalfjes die werden geboren waardoor ze nu overtallig zijn. Deze winter zullen er dan ook weer enkele elders worden geplaatst. Doordat we de dijk bewandelen is het niet moeilijk om de vereiste 25 meter afstand te behouden, want de koeien zijn beneden aan de waterkant. Ook de paarden worden nu met rust gelaten door de wandelaars. Na hun poging tot uitbreken van de paarden zijn er maatregelen hiertegen genomen.
Heerlijk zo'n wandeling van 1 1/2 uur in dit gebied waarover meer te lezen is op deze blog in april 2011.
  

donderdag 13 oktober 2011

Padde(n)stoelen in het Tunnelbos

Het klinkt gewoon niet goed; paddennn stoelen, dus in dit stuk paddestoelen!


Een van de twee paddestoelen werkgroepen van het Hoeksche Waards Landschap gaf een excursie over paddestoelen in het Tunnelbos nabij Heinenoord. Het gebied is omzoomd door mooie fietspaden. Met laarzen aan en de paraplu in de aanslag trokken we naar dit bos op een druilerige dag. Het bos bestaat uit opgespoten slib uit de zestiger jaren en werd in 1970 aangeplant nadat de Heinenoordtunnel was geopend. In de loop der jaren zorgde natuurlijke aanwas voor variatie. Er is veel vlier te vinden wat je herkent aan de merg in de takken vertelde de gids. Aan de rand van het bos stond nog springbalsemien in bloei. Overal kruipt de Indische aardbei, die je niet in je tuin wilt hebben, maar hier onder het groene dek wat kleurtjes laat zien.


Langs het bospad stuitte we al snel op de paarse eikenschorszwam en Judasoor welke beide op een boomtak bloeien. De soorten zijn trilzwammen.  De eigenlijke vlok zit nl. in de stam, de paddestoel is de vrucht. Van de Judasoor wordt verteld dat die aan zijn naam komt omdat onder het kruis  Vlier groeide waarop na de kruisiging van Jezus, Judasoor verscheen. In het evangelie wordt geschreven dat iemand uit het publiek de verrader van Jezus (Judas) een oor afsloeg.
Voor de witte vlierschorszwam werden we teruggeroepen. Wie denkt er nu ook bij het zien van een tak met een soort schimmel erop of een streep witte poep, zoals van jonge vogels, aan een paddestoelensoort. De tandzwam is een korstzwam, de naam zegt het al, allemaal kleine tandjes die uit een tak groeien. De vaalblauwe kaaszwam zitten als blaadjes tegen de stam geplakt, als je er op drukt, loopt het vocht eruit. Er zijn wel 30 soorten kaaszwammen.
Al sinds de kleuterschooltijd denk ik aan een paddestoel als een steeltje met een hoed, niets is minder waar! Zien we een tak liggen met een rossige substantie, zoals de kauwgom van vroeger uit die pakjes met plaatjes. Dit is de roze kuisbussenzwam die door de sporen in de takken eruit wordt geduwd en wat slijmerig is. Eet algen en andere voedingresten en verplaatst zich van tak naar tak, totdat het in bruin poeder veranderd, wat weer sporen zijn waarop bij de juiste weersomstandigheden zich nieuwe zwammen vormen. 

Is een tak nu geel gekleurd, dan is dat de eikenbloedzwam, als je er aan krabbelt wordt de kleur bloedrood. En oh ja kom je de klontjestrilzwam tegen, het woord zegt het al, zo'n vies gezicht, allemaal klodders dikke olie tegen boomstammen of was dit nou de kogelhoutskoolzwam. Gelukkig kwamen we ook hoedjes op steeltjes tegen, zoals de oranje rode korstzwam, die als die jong is een franje hoed draagt. Het probleem van paddestoelen in de groei kan zijn dat je ze moeilijk herkent omdat ze snel veranderen, maar het verhaal van die boer.... Op een morgen komt hij op zijn weiland en denkt dat er een dood schaap ligt, bij nader inzien waren het drie in elkaar gegroeide reuze bovisten. Wij zagen oude exemplaren in het bos, een soort olifanten drollen, bruin en vol met sporen, dus er zullen daar nog wel veel bovisten gaan bloeien, vooral als je hen als voetbal gebruikt. De miseria kent ook vele soorten, als je het steeltje doorbreekt en er komt rood vocht af dan is het de bloedsteelmiseria. 
Doordat paddestoelen op sporen groeien, verspreiden ze zich heel gemakkelijk door de hele wereld. Niemand kent dan ook alle namen van de vele soorten. Alleen al in Nederland zijn bijna 5000 soorten geteld. Het is wel zo dat de namen vaak op het uiterlijk van paddestoelen duiden, wat een ezelsbruggetje kan zijn. Zo zagen we het wimperzwammetje, elfenbankje, oorzwammetje, mosklokje die tussen mos groeit en de gewone hertenzwam met een hoed als de huid van een hert. Soms veranderen namen ook, dat is dan weer niet om het gemakkelijker te maken, maar waarschijnlijk ethischer.  De blote billenzwam twee rose billetjes heet nu boomwrat.
Er zijn ook meerjarige paddestoelen. Zo zagen we een vergevorderde platte tonderzwam uit de voet van een boomstam groeien, waar je bijna op kon zitten. Groeit deze soort in een bundel en heeft die schubben op de hoed, dan is het de schubbige bundelzwam.


Wat erg leuk was om te zien was de peervormige stuifzwam, die vlak bij elkaar bloeide van klein naar groot.
Sommige soorten paddestoelen zijn zo klein als de nagel van je pink. Toen we het bos uitliepen drong de geur van champignons aan me op , maar dat kwam waarschijnlijk, hongerig als ik was geworden, door de gedachte aan de pan soep thuis. 











woensdag 12 oktober 2011

Senioren Orkest Hoeksche Waard

Het Bejaarden Orkest Hoeksche Waard werd op initiatief van de heer A. Goudswaard als secretaris van de Algemene Bond voor Ouderen, afdeling 's Gravendeel op 17 oktober 1981 opgericht. Contacten werden gelegd via de Federatie van muziekverenigingen in de Hoeksche Waard teneinde een oproep te doen aan alle 55-jarigen en ouder om toe te treden tot dit bejaardenorkest. De muzikale leiding werd door Nico van Oudheusden vanaf het ontstaan op zich genomen.
Deze veelzijdige musicus studeerde aan het Rotterdamsch Conservatorium en is tevens vaste organist in de NH Kerk te Puttershoek en dirigent van Harvano.
Op 15 oktober werd het 30-jarig bestaan van het inmiddels Senioren-Orkest 'Hoeksche Waard' gevierd met een Jubileumconcert in de Gereformeerde kerk te Puttershoek m.m.v. Harvano uit Oud Gastel en zangeres Suzanne Kops. Presentatrice Marion van der Veer praatte het gevarieerde programma, wat veelal bestond uit muziek van Musical en Pop vlot aan elkaar. Zij complimenteerde de dirigent, die op 07 januari 2012 tijdens het Nieuwjaarsconcert afscheid neemt van het SOHW en wordt opgevolgd door Bram Fortuin uit Maasdam, om zijn enthousiasme. Het orkest bestaat uit 53 mannen en vrouwen, er wordt tweewekelijks gerepeteerd in het clubgebouw van De Bazuin te Oud-Beijerland.

vrijdag 7 oktober 2011

Herfst

We moeten er nu toch aan geloven, hoewel de natuur op dit moment ook een beetje in de war is. Herfst, maar kwakende kikkers, toch paddestoelen, Hortensia opnieuw in bloei. Nieuwe mensjes trekken zich niets aan van het jaargetijde, zolang moeders schoot warm is groeien ze als kool.

woensdag 5 oktober 2011

Cromstrijen

De naam Cromstrijen, plaatselijk dialect Cromstrien, komt van de vroegere Ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. Mr. Jacob de Witt stamde uit het Dordtse regentengeslacht De Witt waarin hij geboren werd op 7 februari 1589. Hij was heer van Manezee, Melissant en Cromstrijen, maar ook houthandelaar, burgemeester en regent van Dordrecht. Zijn beide zonen waren Cornelis en Johan de Witt.
Na de gemeentelijke herindeling van 1 januari 1984 door samenvoeging van de gemeenten Klaaswaal en Numansdorp en de buurtschappen Bommelskous en Schuring is de gemeente Cromstrijen een feit.
KLAASWAAL.
In 1539 werd door ambachtsheren een deel van het gewonnen land van de polder Het Westmaas Nieuwland gereserveerd voor het stichten van het dorp Claeswael. Langs de Voorstraat ontstaat de eerste bebouwing waar in 1566 een kerk wordt gebouwd. Deze oorspronkelijk katholieke kerk vond de pastoor van Strijen te ver weg om er diensten te verzorgen. Daarom heeft de gemeenschap direct een predikant aangetrokken en werden er protestantse diensten gehouden. In 1602 is de inpoldering van de Nieuw Cromstrijense polder gereed en ligt Klaaswaal niet meer aan het Hollands Diep.
Naast het lager onderwijs waren er twee middelbare scholen in Klaaswaal, namelijk de Landbouw Huishoudschool voor meisjes en de Landbouwschool voor jongens. De Beukenhof was een Congrescentrum. Het dorp heeft ca. 4000 inwoners en o.a. het Wellantcollege, Waterschap Hollandse Delta en de Huisartsenpost 't Hellegat Hoeksche Waard zijn er gevestigd. Er zijn 7 Rijksmonumenten. Jaarlijks wordt de Boerendag georganiseerd, een braderie met optocht van rijtuigen e.d. Aan de Industrieweg is het speldjesmuseum Pin Art Gallery gevestigd. Twee verdiepingen met speldjes, medailles, sleutelhangers e.d. Ongeveer drie kilometer ten westen van Klaaswaal ligt het buurtschap Bommelskous.
De buurtschap bestaat uit huizen aan de Bommelskoussedijk, rond de stoep van de Volgerlandseweg, met een enkel huis aan de Korteweg-West en ligt ten Oosten van de A29.
Buurtschap Schuring.
De Schuringsedijk ligt tussen Numansdorp en Cromstrijen. De buurtschap is in 1642 ontstaan rondom de uitwateringssluis van de Numanspolder. In 1953 is de hele buurtschap weggespoeld. Na de watersnoodramp werden er Zweedse noodwoningen neergezet.
Wie het lange afstand wandelpad van de route Floris V-pad volgt doet
NUMANSDORP aan.
De bedijking van de Numanspolder (1642) waarin het dorp is gebouwd heeft lang op zich laten wachten dankzij onenigheid tussen de heren van Cromstrijen en de eigenaren van Zuid-Beijerland. In 1602 werd de polder Nieuw Cromstrijen en in 1625 de polder Groot Cromstrijen bedijkt. Het dorp kreeg de naam Buitensluis. Het was de derde sluis binnen deze gronden; de Oudesluis, de Middelsluis en nu de Buitensluis. Officieel was de titel echter niet. Bij vergadering werd besloten dat het dorp de naam 'Dorp van Cromstrijen' moest gaan heten. De toenmalige Dijkgraaf Vos tevens voorzitter van de vergadering, was het er niet mee eens. Hij vond dat het dorp naar de naam van de allereerste Ambachtsheer Mr. Gerard Numan genoemd moest worden. Het dorp was sterk gericht op de Ambachtsheerlijkheid en vele inwoners vonden daar hun werk tot het begin van deze eeuw. 
In 1595 werd aan Franck Jansz octrooi verleend voor een houtzagende standerdmolen met uitbouw van het molenhuis op wielen die met het kruien van de molen meedraait. Deze mogelijke voorloper van de houtzagende paltrokmolen stond aan het eind van de Hoekstraat die een vliet was in 1820 en uitkwam op de Binnenhaven. Boomstammen dreven naar de molen. De paltrokmolen is een windmolen. Met behulp van een kraan werden de boomstammen uit het water gehesen, zoals hier in Zaandam en met de winderij en een jijntakel op de zaagslee getrokken. Het silhouet van de molen doet denken aan het 14e en 15e de eeuwse overkleed voor mannen de 'paltrok', een wijd uitlopende overjas.
In 1856 werd de industrie-en poldermolen aan de Burg. de Zeeuwstraat gebouwd, die in 1956 werd onttakeld. Het is een van de zes Rijksmonumenten van Numansdorp.



De eerste bebouwing van het dorp vormde zich rond een uitwateringssluis aan de Numanspoldersedijk (nu Molendijk) en van daaruit langs de Binnenhaven die nu tot aan Klaaswaal loopt. De indeling van het dorp is erg overzichtelijk doordat van oorsprong er vier rechte lange straten liepen vanaf de Molendijk tot aan Goidschalxoord. Op de hoofdstraat, de Voorstraat, werden dwarsstraten aangelegd. Zoals de Kerkstraat waar in 1647 de eerste steen werd gelegd voor de bouw van de Nederlands Hervormde Kerk. De bouwvallige toren werd vervangen en met de nieuwe torenbouw in 1781 werd de kerk een stukje groter. Orgel en middelste kaarsenkroon dateren uit begin 18e eeuw, evenals de statenbijbel. Onder de houten vloer bevinden zich nog grafzerken met opschrift. De preekstoel met familiewapens dateert uit 1670.
Op de Zomp stond een houten sluis die later van steen werd gemaakt. Deze uitwateringssluis werd in 1912 vervangen door een gemaal met dieselmoter, later een elektrische. De RTM had in 1898 een tramlijn vanuit Rotterdam-Zuid naar Numansdorp aangelegd. Op de Veerhaven konden de passagiers overstappen op veerdiensten van de RTM naar Noord Brabant en Zeeland. In de zestiger jaren van de vorige eeuw met de opening van de Haringvlietbrug werden de veerdiensten opgeheven. De tramlijn werd al eerder vervangen door busdiensten van de RTM. In de zomermaanden liggen er schepen in de Binnenhaven, maar er is ook een bloeiende watersportvereniging nabij het Numansgors. De Mariahoeve uit 1662 werd in zijn geheel verplaatst naar de andere zijde op de Zomp. Hier vindt nu de jaarlijkse kermis plaats die teruggaat naar 1660 toen de jaarlijkse afrekening van de Ambachtsheren plaatsvond. Sinds 1862 vindt in Numansdorp de (Buitensluisse) Paardenmarkt plaats. In hoogtij dagen zeer bekend in de hele regio. Bedelaars. dobbelaars en gokkers werden streng geweerd. Nog steeds is de markt populair, wel met veel minder paarden en meer marktkramen. Peperkoek is een plaatselijke lekkernij. Kermis en paardenmarkt zijn onlosmakelijk van elkaar en vinden nog jaarlijks plaats.
Numansdorp ligt aan het Hollandsch Diep. In de zeedijk van de Torensteepolder zit een sluisdeur die stamt uit de tijd van eb en vloed. De Stelling van het Hollandsch Diep en het Volkerak bestond uit een aantal verdedigingswerken en diende om een aanval op het zuidelijke gedeelte van Holland te voorkomen. Het beschermde ook de waterverbinding tussen Holland en Zeeland en kon dienen als opvangstelling voor uit Brabant terugtrekkende troepen richting Holland. In 1793 werd Fort Buitensluis gebouwd. Over dit Fort vind je een aparte beschrijving op dit blog.
Begin 1944 wordt de bevolking van Numansdorp door de Duitsers geevacueerd. Als verdediging tegen de geallieerden zetten zij delen van Numansdorp onder water.
De melkfabriek van de fam. Kievit, waar melkpoeder is uitgevonden, is verdwenen, wat rest zijn de bijgebouwen die tegenwoordig een ander doel hebben.

Na de oorlog wordt Numansdorp uitgebreid met nieuwe wijken ten westen en ten oosten van de Binnenhaven. Er zijn ca. 9000 inwoners. Veel is er verloren gegaan van de Buitensluis, bij een rondwandeling met gids wordt vaak gememoreerd wat er was, maar de persoonlijke verhalen van de echte Buitensluizer zijn zeker de moeite waard. Er zijn nog 6 Rijksmonumenten te bewonderen en een bezoek aan de oude begraafplaats achter de kerk is ook bijzonder. 


   


En jullie weten het; bij het Nationaal Landschap Centrum aan de Veerweg 1 is een permanente expositie, kunst uit de regio en een gezellige ontmoetingsruimte waar de koffie warm is. Wandel daarna door naar het Veerbos met uitzicht over het Hollandsch Diep.







maandag 3 oktober 2011

Roofvogels in de Hoeksche Waard

Het Hoeksche Waards Landschap kent een werkgroep Roofvogels. Zij zoeken voornamelijk in Hoeksche Waard Oost naar nesten om te tellen, te meten, te wegen, te ringen etc. om dit vervolgens door te kunnen geven aan Roofvogels Nederland die deze gegevens centraal bekend maken. Er wordt gewerkt met een telescoop in o.a. de griendbossen. Het gebeurt weleens dat er 14 mtr. geklommen moet worden om een nest te bereiken,  maar over omgevallen bomen klimmen en door grienden struinen is volgens Martin Mollet net een jongensdroom. Nesten zijn er wanneer er veertjes op de grond liggen of langgerekte strepen van witte poep zijn. Bovendien zullen de ouders hun territorium verdedigen als ze vinden dat je te dichtbij komt.
Hoe herken je een roofvogel? De hoofdkenmerken zijn de kromme snavel, de grijpklauwen aan de poten en het scherpe zicht. Er zijn wereldwijd 320 soorten roofvogels. Scandinavische vogels komen hier overwinteren. Enkele soorten zijn te vinden in de Hoeksche Waard en soms van dichtbij te aanschouwen.
De buizerd is een standvogel en wintergast. In het voorjaar baltsen zij door diep te duiken en snel op te trekken. Zowel het mannetje als vrouwtje breken takken af of rapen ze van de grond om het nest te bouwen, meestal in populieren. Ze leggen 1 tot 4 eieren, wit met spikkels ter grootte van een kippenei. De jonge buizerd laat zich heel gedwee meten, maar de ouders kijken gestrest op afstand toe tot de meetgroep weggaat. De grijze ogen veranderen van kleur per soort. De veren zijn donker of wit en soms gevlekt van kleur. Ze eten mollen of veldmuizen, koolmeesjes, maar ook regenwormen en meerkoeten. De buizerd heeft een open landschap nodig, weegt 790-990 gram, heeft een spanwijdte van 110-138 cm en weegt 46-58 gram. In de Hoeksche Waard zijn er 36-50. De foto van internet is de roodstaartbuizerd.
De torenvalk heeft een ultraviolet zicht en jaagt op muizen. Zij hebben een krop zoals bij duiven. Wanneer de maag vol is wordt de krop gevuld. Het fladderen met de vleugels wordt bidden genoemd. In fruitgaarden vindt je wel kasten voor torenvalken om spreeuwen te bestrijden. Lengte  31-39 cm, spanwijdte 68-80 cm, gewicht 150-280 gram, legt 3-7 eieren. Aantal 9-26. De boomvalk combineert snelheid en wendbaarheid en al vliegend worden grote insecten ontleed en op vogels gejaagd. Zij overwinteren in Afrika. Valken maken zelf nauwelijks een nest. De boomvalk broedt hierdoor erg laat. Als de kraaien groot zijn beginnen zij te nestelen in het verlaten kraaiennest.  Lengte 29-35 cm, spanwijdte 74-84 cm, gewicht 130-340 gram, legt 2-3 eieren. Aantal 3-5. Er zijn ook nesten te vinden in hoogspanningsmasten. Dit is verboden terrein voor tellers, maar de masten hebben onderhoud nodig en deze mensen zijn soms zo welwillend om wat gegevens door te geven.
De slechtvalk heeft formidabele klauwen en zijn vreselijk snel. In een gewone vlucht bereiken ze 400 km per uur. Ze houden van meppen en doden in de lucht, nemen een duikvlucht op hun prooi. Lengte 33-51 cm, spanwijdte 90-113 cm, gewicht 550-1200 gram. Aantal 1-3. Sinds 2005 broedt een Slechtvalkpaar op de mast van de Haringvlietbrug en die is 140 mtr. hoog. Ook kiezen zij bij gebrek aan rotswanden wel gebouwen en leggen 3-5 eieren. Zij overwinteren hier en vertrekken eind april.
Havikken leven in bossen en bouwen daar hun nest in de bomen. Het mannetje en vrouwtje schelen enorm van bouw. Het mannetje is 49-56 cm groot en het vrouwtje 58-64 cm. Spanwijdte man 93-105 cm - vrouw 108-127 cm, gewicht  man 520-900 gram, vrouw 1000-1300 gram. Het vrouwtje legt 3-4 eieren. Er zijn er 6-8 in de Hoeksche Waard. Zij blijven in Nederland en eten volwassen hazen, vogels en andere zoogdieren. Een wilde eend bijvoorbeeld verzuipen ze door onderdompeling en nemen de prooi dan mee. Jonge valkeniers gebruiken een vrouwtje havik tijdens de jacht.


De bruine kiekendief wordt weleens verwisseld met de buizerd. Maar zij jagen veel actiever, zijn ook lichter in gewicht en herkenbaar aan de witte ondervleugels met donkere punten. Zij jagen met de kop naar beneden door de kantjes in het open landschap af te zoeken en laten zich dan ineens op hun prooi vallen. Ze eten muizen, vogels en jonge hazen. Het vrouwtje is bruin met een witte kruin en een lichte vleugelvoeg en keelvlek. Ze broeden in het riet of op een ruigte op de grond en zelfs drijvend op het water op 3-6 eieren.  Zij hebben redelijk lange poten. Lengte 43-55 cm, spanwijdte 115-140 cm, gewicht 400-800 gram. Het is een Afrika ganger. Aantal 17-19.
De sperwer leeft in bosjes en is daarom weleens in een tuin te ontdekken. Zij broeden daar en bouwen vrijwel elk jaar een nieuw nest waarin 4-6 eieren worden gelegd. Zij blijven ook in de winter en bakenen hun territorium af met veren van hun prooi. Ze eten vogels die ze op een verhoogde plek kaal plukken, maar eten soms ook muizen. Lengte 28-41 cm, spanwijdte 58-75 cm, gewicht 125-320 gram. Aantal 9-13.
Wanneer roofvogels hun vleugels spreiden is er duidelijk een arm, polsgewricht en duim met 4 veertjes te herkennen. Is dat niet opmerkelijk? De werkgroep is te bereiken via www.Roofvogels-HW.nl