woensdag 5 oktober 2011

Cromstrijen

De naam Cromstrijen, plaatselijk dialect Cromstrien, komt van de vroegere Ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. Mr. Jacob de Witt stamde uit het Dordtse regentengeslacht De Witt waarin hij geboren werd op 7 februari 1589. Hij was heer van Manezee, Melissant en Cromstrijen, maar ook houthandelaar, burgemeester en regent van Dordrecht. Zijn beide zonen waren Cornelis en Johan de Witt.
Na de gemeentelijke herindeling van 1 januari 1984 door samenvoeging van de gemeenten Klaaswaal en Numansdorp en de buurtschappen Bommelskous en Schuring is de gemeente Cromstrijen een feit.
KLAASWAAL.
In 1539 werd door ambachtsheren een deel van het gewonnen land van de polder Het Westmaas Nieuwland gereserveerd voor het stichten van het dorp Claeswael. Langs de Voorstraat ontstaat de eerste bebouwing waar in 1566 een kerk wordt gebouwd. Deze oorspronkelijk katholieke kerk vond de pastoor van Strijen te ver weg om er diensten te verzorgen. Daarom heeft de gemeenschap direct een predikant aangetrokken en werden er protestantse diensten gehouden. In 1602 is de inpoldering van de Nieuw Cromstrijense polder gereed en ligt Klaaswaal niet meer aan het Hollands Diep.
Naast het lager onderwijs waren er twee middelbare scholen in Klaaswaal, namelijk de Landbouw Huishoudschool voor meisjes en de Landbouwschool voor jongens. De Beukenhof was een Congrescentrum. Het dorp heeft ca. 4000 inwoners en o.a. het Wellantcollege, Waterschap Hollandse Delta en de Huisartsenpost 't Hellegat Hoeksche Waard zijn er gevestigd. Er zijn 7 Rijksmonumenten. Jaarlijks wordt de Boerendag georganiseerd, een braderie met optocht van rijtuigen e.d. Aan de Industrieweg is het speldjesmuseum Pin Art Gallery gevestigd. Twee verdiepingen met speldjes, medailles, sleutelhangers e.d. Ongeveer drie kilometer ten westen van Klaaswaal ligt het buurtschap Bommelskous.
De buurtschap bestaat uit huizen aan de Bommelskoussedijk, rond de stoep van de Volgerlandseweg, met een enkel huis aan de Korteweg-West en ligt ten Oosten van de A29.
Buurtschap Schuring.
De Schuringsedijk ligt tussen Numansdorp en Cromstrijen. De buurtschap is in 1642 ontstaan rondom de uitwateringssluis van de Numanspolder. In 1953 is de hele buurtschap weggespoeld. Na de watersnoodramp werden er Zweedse noodwoningen neergezet.
Wie het lange afstand wandelpad van de route Floris V-pad volgt doet
NUMANSDORP aan.
De bedijking van de Numanspolder (1642) waarin het dorp is gebouwd heeft lang op zich laten wachten dankzij onenigheid tussen de heren van Cromstrijen en de eigenaren van Zuid-Beijerland. In 1602 werd de polder Nieuw Cromstrijen en in 1625 de polder Groot Cromstrijen bedijkt. Het dorp kreeg de naam Buitensluis. Het was de derde sluis binnen deze gronden; de Oudesluis, de Middelsluis en nu de Buitensluis. Officieel was de titel echter niet. Bij vergadering werd besloten dat het dorp de naam 'Dorp van Cromstrijen' moest gaan heten. De toenmalige Dijkgraaf Vos tevens voorzitter van de vergadering, was het er niet mee eens. Hij vond dat het dorp naar de naam van de allereerste Ambachtsheer Mr. Gerard Numan genoemd moest worden. Het dorp was sterk gericht op de Ambachtsheerlijkheid en vele inwoners vonden daar hun werk tot het begin van deze eeuw. 
In 1595 werd aan Franck Jansz octrooi verleend voor een houtzagende standerdmolen met uitbouw van het molenhuis op wielen die met het kruien van de molen meedraait. Deze mogelijke voorloper van de houtzagende paltrokmolen stond aan het eind van de Hoekstraat die een vliet was in 1820 en uitkwam op de Binnenhaven. Boomstammen dreven naar de molen. De paltrokmolen is een windmolen. Met behulp van een kraan werden de boomstammen uit het water gehesen, zoals hier in Zaandam en met de winderij en een jijntakel op de zaagslee getrokken. Het silhouet van de molen doet denken aan het 14e en 15e de eeuwse overkleed voor mannen de 'paltrok', een wijd uitlopende overjas.
In 1856 werd de industrie-en poldermolen aan de Burg. de Zeeuwstraat gebouwd, die in 1956 werd onttakeld. Het is een van de zes Rijksmonumenten van Numansdorp.



De eerste bebouwing van het dorp vormde zich rond een uitwateringssluis aan de Numanspoldersedijk (nu Molendijk) en van daaruit langs de Binnenhaven die nu tot aan Klaaswaal loopt. De indeling van het dorp is erg overzichtelijk doordat van oorsprong er vier rechte lange straten liepen vanaf de Molendijk tot aan Goidschalxoord. Op de hoofdstraat, de Voorstraat, werden dwarsstraten aangelegd. Zoals de Kerkstraat waar in 1647 de eerste steen werd gelegd voor de bouw van de Nederlands Hervormde Kerk. De bouwvallige toren werd vervangen en met de nieuwe torenbouw in 1781 werd de kerk een stukje groter. Orgel en middelste kaarsenkroon dateren uit begin 18e eeuw, evenals de statenbijbel. Onder de houten vloer bevinden zich nog grafzerken met opschrift. De preekstoel met familiewapens dateert uit 1670.
Op de Zomp stond een houten sluis die later van steen werd gemaakt. Deze uitwateringssluis werd in 1912 vervangen door een gemaal met dieselmoter, later een elektrische. De RTM had in 1898 een tramlijn vanuit Rotterdam-Zuid naar Numansdorp aangelegd. Op de Veerhaven konden de passagiers overstappen op veerdiensten van de RTM naar Noord Brabant en Zeeland. In de zestiger jaren van de vorige eeuw met de opening van de Haringvlietbrug werden de veerdiensten opgeheven. De tramlijn werd al eerder vervangen door busdiensten van de RTM. In de zomermaanden liggen er schepen in de Binnenhaven, maar er is ook een bloeiende watersportvereniging nabij het Numansgors. De Mariahoeve uit 1662 werd in zijn geheel verplaatst naar de andere zijde op de Zomp. Hier vindt nu de jaarlijkse kermis plaats die teruggaat naar 1660 toen de jaarlijkse afrekening van de Ambachtsheren plaatsvond. Sinds 1862 vindt in Numansdorp de (Buitensluisse) Paardenmarkt plaats. In hoogtij dagen zeer bekend in de hele regio. Bedelaars. dobbelaars en gokkers werden streng geweerd. Nog steeds is de markt populair, wel met veel minder paarden en meer marktkramen. Peperkoek is een plaatselijke lekkernij. Kermis en paardenmarkt zijn onlosmakelijk van elkaar en vinden nog jaarlijks plaats.
Numansdorp ligt aan het Hollandsch Diep. In de zeedijk van de Torensteepolder zit een sluisdeur die stamt uit de tijd van eb en vloed. De Stelling van het Hollandsch Diep en het Volkerak bestond uit een aantal verdedigingswerken en diende om een aanval op het zuidelijke gedeelte van Holland te voorkomen. Het beschermde ook de waterverbinding tussen Holland en Zeeland en kon dienen als opvangstelling voor uit Brabant terugtrekkende troepen richting Holland. In 1793 werd Fort Buitensluis gebouwd. Over dit Fort vind je een aparte beschrijving op dit blog.
Begin 1944 wordt de bevolking van Numansdorp door de Duitsers geevacueerd. Als verdediging tegen de geallieerden zetten zij delen van Numansdorp onder water.
De melkfabriek van de fam. Kievit, waar melkpoeder is uitgevonden, is verdwenen, wat rest zijn de bijgebouwen die tegenwoordig een ander doel hebben.

Na de oorlog wordt Numansdorp uitgebreid met nieuwe wijken ten westen en ten oosten van de Binnenhaven. Er zijn ca. 9000 inwoners. Veel is er verloren gegaan van de Buitensluis, bij een rondwandeling met gids wordt vaak gememoreerd wat er was, maar de persoonlijke verhalen van de echte Buitensluizer zijn zeker de moeite waard. Er zijn nog 6 Rijksmonumenten te bewonderen en een bezoek aan de oude begraafplaats achter de kerk is ook bijzonder. 


   


En jullie weten het; bij het Nationaal Landschap Centrum aan de Veerweg 1 is een permanente expositie, kunst uit de regio en een gezellige ontmoetingsruimte waar de koffie warm is. Wandel daarna door naar het Veerbos met uitzicht over het Hollandsch Diep.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten